De Amsterdammarathon, een verslag. Vandaag liepen er 4287 mensen de marathon, 4931 mensen liepen de halve en 2364 mensen deden mee met de 10 kilometer. Totaal 11582 lopers. Daarvan waren er 20 van de hardloopgroep: 10 mensen liepen mee met de 10 km, 9 mensen met de halve marathon en 1 deed mee met de hele marathon. Jeroen liep niet mee, hij was wel de hele dag in het stadion. Ikzelf was daar het eerste deel van het evenement en er was veel te zien. Om pakweg 11.00 uur werden bij Febo de championchips en startnummers bevestigd op schoenen en shirts voor de 10 kilometer. Inmiddels was de hele marathon gestart. Een kwartiertje later wurmde iedereen zich door een opening in het hek midden in het startvak. Joleen paste er net niet in, zo vol was het daar. Toen kwam ook nog op het nippertje een vriendin van haar aangesjeesd, Judith die ook een tijdje heeft meegedaan met de hardloopgroep. Snel gaf ze haar tas aan Jeroen en ze voegde zich bij Joleen. Zo konden ze starten. Na hun vertrek duurde het nog een paar minuten voordat iedereen vertrokken was. Toen de groep weg was gingen Jeroen en ik naar het stadion om de hele marathon te bekijken, deze maakte na een kleine lus van ruim 7 km een extra ronde door het stadion. We waren in een diep gesprek verwikkeld over Amsterdammers en topsport, een hopeloze combinatie zoals er in de krant werd verzucht. Ook ik zei "tja, dan heeft er eentje een record gelopen, en wat dan nog." Waarop Jeroen zei dat ik dus typisch een Amsterdammer ben. In het stadion kregen we supporterspakketten uitgereikt. Toen we goed en wel zaten kwam de kopgroep het stadion binnen en het ongelooflijke gebeurde: het publiek ging uit z'n dak. De fluitjes gaven een oorverdovend lawaai en wij deden hard mee. De kopgroep vloog voorbij. Naarmate de lopers voorbij kwamen zag je het tempo zienderogen afnemen naar "normaal", de recreanten dus. Renzo - want die wilden we aanmoedigen - kwam ook voorbij. Jeroen wist boven de herrie uit zijn naam te roepen. Zijn loop zag er ontspannen uit, op dat moment helaas nog wel zou later blijken. Toen kwamen de eerste 10 km lopers binnen, midden in de staart van de marathon. En na een tijdje ook de eerste loper van onze groep: Edwin. Hij had 47.47 min geklokt, dat zou later 47.46 blijken te zijn. Deze afstand ligt hem wel. Inmiddels heeft hij zich al ingeschreven voor de Zevenheuvelenloop, ik zit daar nog over te twijfelen. Egmond ga ik zeker doen. Op een gegeven moment waren ze allemaal binnen. Het was vrij lastig om iedereen te spotten in de menigte, maar met hulp van roepen en fluiten verzamelden we op de tribunes. Christa en Saskia hadden vandaag hun eerste 10 kilomeer gelopen. Jeroen wist ze blij te maken met de verzekering dat ze een kwartier van hun eindtijd die op de klok stond af konden halen, maar dat bleek later maar 5 minuten te zijn. Ach zijn ze toch een dagje blij geweest, was zijn laconieke reactie achteraf. Marjolein had ook haar eerste 10 kilometer gelopen en vertelde later dat het eerste stuk verschrikkelijk zwaar ging. Pas na de 5 km ging het lekker, en ze eindigde met een sprint. Meestal gaat het precies andersom als mensen de 10 voor het eerst lopen. Toen kwam de finish van de hele marathon eraan. In het stadion konden we de wedstrijd op grote schermen volgen. Daar zagen we de kopgroep het Vondelpark inkomen, en de Amstelveense weg op. En weer stond het stadion op z'n kop. Wij ook. De winnaar liep een parcoursrecord, en zette Amsterdam daarmee op de 4^e plaats van de wereldranglijst van marathonsteden. Ook vóór Rotterdam, die tien jaar lang het wereldrecord heeft gehad. Het is een enerverend tijdperk voor de marathon: het ene wereldrecord volgt het andere op, bij mannen en vrouwen. Terwijl jaren geleden werd gedacht dat het onmogelijk zou zijn om onder de 2.07 te lopen, met name door de toenemende luchtvervuiling.... Vandaag werd ook het Nederlandse record met 30 seconden gebroken dat al 23 jaar op de naam van Gerard Nijboer staat. Dat record was ook in Amsterdam gelopen. Oké, tijd voor de halve marathon. Even later stond de tweede groep bij de Febo. Daar heb ik niet veel meer van meegekregen: snel een parkje in om te plassen. De rijen bij de toiletten waren enorm. Dat is bij loopevenementen toch een minpuntje. Met een volle blaas het startvak in is geen optie. Voor mannen zijn er extra veel voorzieningen en die kunnen ook nog makkelijk een boom opzoeken. En dat wordt massaal gedaan. Ik ging met Wilma en haar zus het startvak in, en Dennis en Jasper waren er ook bij. De rest stond meer naar voren. Na het startschot nog toegejuicht door Joleen en Judith, zij waren met Jeroen belangrijke gangmakers. En dan het parcours van een stadsmarathon. Niet erg uitdagend, erg saai zelfs bij vlagen. Dan komt het aan op mentale kracht. Jasper en Dennis had ik een tijdje in het oog, ze liepen voor me net als Wilma en haar zus Marjo. Jasper en Dennis waren na een tijdje niet meer te zien en ik besloot Wilma voor het 10 kilometerpunt in te halen. Haar vriend reed het eerste stuk mee met de fiets, en behalve aanmoedigen (dat was echt heel fijn, want de eerste 6 à 7 kilometers waren niet te harden zo eentonig) had hij achterstand gemeten die ik op Wilma had: 29 seconden. Dat liep ik vrij snel bij en ik voegde me bij haar. In Oost was het een dolle boel, de hele buurt stond op stelten. Toen ging het snel, en op de 10,5 kilometer (op de helft dus) hadden we 1.01.20 uur. Dat opende perspectief voor een eindtijd van 2.03 uur. Ik voelde al aan dat we iets snel gingen en probeerde iedere volgende kilometer in 6 minuten te lopen. Dat lukte steeds precies. Maar de laatste kilometers, Wilma was toen teruggezakt, vertraagde ik iets. Dat wordt een positieve split. Kamiel Maase had vandaag ook het record gebroken ondanks een positieve split, dus ik was in goed gezelschap. En weer veel mensen die veel moeizamer leken te lopen als ik maar waar ik met geen mogelijkheid voorbij kwam. Aan het eind van het Vondelpark kwam die verduvelde opgang en daar stond ik bijna stil. Ik heb mezelf toegesproken en kwam toen toch nog redelijk het laatste stukje door. Veel drumbands langs de kant, dat hielp. Ook verheugde ik me op de olympische finish. In het stadion zag ik Dennis lopen, en riep zijn naam. Die spurtte vervolgens als een gek weg en had daar de volgende verklaring over: "Op de baan in het stadion hoorde ik jouw stem achter me, en in plaats van aardig in te houden en samen over de finish te gaan, wilde ik je per se (uit een of ander oer-competitiegevoel) voorblijven. Sorry nog daarvoor. Vandaar de eindsprint. En die was ook nodig om onder de 2:06:35.1 te lopen, wat net 10 per uur is (had ik de ochtend ervoor thuis op de rekenmachine uit zitten rekenen...)." Jeroen vertelde me later het amusante verhaal dat hij Dennis had aangeraden om net te doen alsof hij de hele marathon ging lopen, en de afstand in 4x 10 km moest verdelen. Om vervolgens te denken bij de 21: "ach, het is wel goed zo" en te finishen. Dat pakte als volgt uit, en hier is Dennis weer aan het woord: "En het ging als volgt: na 10 km (00:58) dacht ik: dit houd ik uren vol, ik kan zo de marathon lopen (in 4 uur natuurlijk!). Na 14 km dacht ik: ik ben op een derde. Het is dus nog een heel eind. Na 15 km (1:28) dacht ik: nou, dat is best zwaar zeg. Ik ben blij dat ik niet de hele marathon moet lopen, want ik weet niet of dat lukt. En bij 20 km (tijd weet ik niet) dacht ik: wat zijn mijn benen zwaar. Ik krijg ze nauwelijks meer opgetild, En het loopt ook nog omhoog, het Vondelpark uit. Ik red die *halve* marathon nooit... Nadat ik over de finish was dacht ik: voor de hele marathon moet ik nog zo'n stuk. Dat kan nooit!" Dennis en ik zijn met een paar seconden verschil gefinished. Bij de sportdrankjes zagen we Rutger en Carlo, die hadden beide goed gelopen. Carlo had met een haas meegelopen maar het fijne weet ik daar nog niet van. Ik wist ook niet dat er hazen meeliepen. Willem en Ynse zag ik daar ook, ze hadden goed gelopen. Jasper zag ik op de tribune, hij had een mooie debuuttijd op de halve marathon, meteen dik onder de 2 uur. Wilma had de geweldige ambitie om net als Kamiel Maase in 2.08 te finishen maar het werd een minuutje langer. Jeroen had Renzo nog steeds niet zien finishen en besloot hem thuis te bellen. Daar was hij inderdaad, hij was na 27 kilometer uitgestapt en met het openbaar vervoer naar huis gegaan en was daar tevreden over. Overigens is één ding mij vandaag duidelijk geworden: die hele marathon hoeft van mij niet meer. Ik wilde hem altijd voor m'n 40^e lopen en dat gaat zeker niet gebeuren. Wie weet voor m'n 60^e, maar voorlopig is de halve een hele mooie afstand. Volgende loopje: de Phanos Stadion Bosloop, met start en finish in het Olympisch Stadion op zondag 30 november. De 5 kilometer is om 10.30 uur en de 10 kilometer is om 11.15 uur.